"Langdurig zieken* voelen zich vaak ‘niet klaar’ voor terugkeer naar werk", kopt De Tijd naar aanleiding van een CM-studie.
En weet je wat? Dat is waar. Ik ben langdurig ziek en absoluut niet klaar om terug te keren naar de slachtbank, pardon, arbeidsmarkt. Ik heb het gevoel het beste van mezelf gegeven te hebben om gewoon keer op keer afgekeurd, uitgespuwd en vertrappeld te worden. Niemand wil me. Of beter: niemand wil me in de domeinen waar ik enthousiast van werd, waarin ik mezelf wel zag groeien tot een meerwaarde voor de samenleving.
Geloof me, ik probeerde van alles. Ik maakte een t-shirt waarop mijn CV stond, ik maakte businesskaartjes speciaal voor werkzoekenden, ik maakte een sollicitatievideo waarin ik de rollen omkeerde en werkgevers uitnodigde om bij mij te solliciteren. En ik goot mijn hart en ziel in die motivatiebrieven, telkens opnieuw. Maar niemand wil me…
Het ging zelfs zo ver dat ik op een zeker punt uit wanhoop besloot mijn waarden en wie ik ben overboord te gooien en te gaan voor eender welke job die binnen mijn mogelijkheden leek te liggen. Ik zeg doelbewust: leek te liggen. Want nu weet ik dat lang doen wat tegen je waarden ingaat ongeveer even onhaalbaar is als in de bouw werken met een lichaam dat niet meer mee wil. Je houdt het niet lang vol.
En ik hield het ook niet lang vol. Ik nam een job aan in de marketing en brandde op binnen een paar maanden. Je kan hier lezen hoe dat verhaal ging.
Kijk, het leven zit me niet mee. Hoewel ik voor velen een enthousiaste, zelfverzekerde en sociale man lijk, ga ik dood vanbinnen. Ik had een ruwe jeugd, die een hoop littekens achterliet in de vorm van C-PTSS (complex post-traumatisch stresssyndroom). In essentie komt het er op neer dat ik erge dingen meegemaakt heb in een onveilige omgeving overheen een lange tijdsperiode. Daardoor leef ik constant alsof ik in een oorlog zit. Het is moeilijk om uit te zetten.
Ook nu is het weer oorlog. Ik word verplicht om op controle te gaan bij een arts van de mutualiteit. Om te kijken of ik wel echt ziek ben, en of ik toch niet beter aan het werk zou gaan. Of zo voelt het toch… want de vorige keer stelde de dokter voor om me aan een consulent naar werk van de mutualiteit zelf door te verwijzen. "Om te kijken wat mogelijk is."
Niks is mogelijk! De twee reflexen om te vechten of te vluchten trekken zo hard aan mijn mouwen, dat ik in het midden blijf staan en bevries. Ik kan niks doen, behalve verstijfd toekijken naar de trein die op me afkomt als een roofdier met twee gloeiende ogen.
Dus ja, weet je wat? Ik ben 'niet klaar' voor terugkeer naar werk. Hopelijk kan ik de dokter daarvan overtuigen… als ik niet verstijf.
* Bij Co-Searching spreken we liever over "mensen op langdurige ziekte" dan "langdurig zieken" om mensen niet door hun arbeidsstatus te definiëren. We moedigen je aan die zelf ook te doen!